Dodelijke schietpartij Club Rush: pro-formazitting toont complex en gevoelig onderzoek
In dit artikel:
Op donderdag 4 december vond rond 13.30 uur op Bonaire een pro-formazitting plaats in de zaak rond de dodelijke schietpartij bij Club Rush, waarbij bijna zes maanden geleden een 15‑jarige jongen om het leven kwam. Justitie voert nog steeds uitgebreid onderzoek, maar stuit op meerdere belemmeringen: beperkte medewerking van verdachten, ontbrekende cruciale camerabeelden en gebrek aan belangrijk telefoon‑ en ander bewijsmateriaal.
In de zittingszaal werden acht verdachten voorgeleid, onder wie één minderjarige; berichten spreken echter ook van mogelijk veertien personen in voorarrest, een cijfer dat nog niet bevestigd is. De rechtszitting verliep in het Nederlands met simultane vertaling naar Papiamentu zodat alle betrokkenen de procedure konden volgen. Voor publiek en verdachten bleef het onduidelijk wat precies op welk moment is gebeurd; de officier van justitie schetste meerdere scenario’s, waarna de rechter vroeg om die tot één samenhangend verhaal te brengen. Veel verdachten toonden weinig emotie en gaven korte antwoorden.
Onderzoekstechnisch zijn er verschillende locaties en soorten bewijs die nader onderzocht moeten worden. Bij een aantal verdachten is wangslijm (DNA‑materiaal) afgenomen, maar verzending naar Europees Nederland liep vertraging op. Ook ontbreekt mogelijk belangrijke informatie door het ontbreken van een telefoon van één verdachte. Een bijzonder pijnpunt is dat ziekenhuis Mariadal, ondanks herhaalde verzoeken en een formeel uitleveringsbevel, nog geen camerabeelden van de bewuste avond heeft overhandigd; de rechter noemde dit een ernstige belemmering voor de waarheidsvinding.
In de ochtendzitting stonden onder meer vier verdachten (aangeduid met initialen) terecht op verdenking van doodslag en overtreding van de vuurwapenwet BES. Volgens de officier behoren vier van hen tot dezelfde groepering en zouden zij een actieve rol hebben gespeeld. Een verdachte ontkende en wees op onvoldoende bewijs. De rechter benadrukte dat de omvang en gevoeligheid van het dossier de lange doorlooptijd verklaren.
De rechtbank kondigde aan dat twee zaken wel op 12 februari inhoudelijk zullen beginnen: die tegen U.S.S. en tegen Q. de P. Voor meerdere andere verdachten zijn nieuwe pro‑formazittingen gepland op 19 maart. Bij één verdachte (G.R.O.) ontbreken psychologen/psychiatrische gegevens, mede doordat die persoon niet volledig meewerkt en mogelijk een periode ondergedoken heeft gezeten, waardoor onder meer zijn telefoon ontbreekt. De minderjarige verdachte werd apart voorgeleid; pers en publiek verlieten de zaal.
De zaak wekt veel emoties binnen de Bonairiaanse gemeenschap; nabestaanden wachten al maanden op duidelijkheid. Zolang essentieel bewijsmateriaal — met name de beelden van Mariadal en ontbrekende telefoongegevens — niet beschikbaar is, blijft reconstructie van de gebeurtenissen lastig en blijft het tijdstip van een volledige inhoudelijke behandeling onzeker.